Vanaf het moment dat ze elkaar in 2006 tijdens een workshop van de International Summer Jazz Academy ontmoeten, zijn de Poolse Daga Gregorowicz en de Oekraïense Dana Vynnytska niet alleen elkaars beste vriendin, maar vormen ze ook de kern van de groep Dagadana, begonnen als duo maar inmiddels uitgegroeid tot kwartet. Op basis van vooral traditionele Poolse en Oekraïense volksliedjes creëren ze aanstekelijke popsongs, waarbij vooral de uitgekiende meerstemmige samenzang opvalt. Afgelopen zondag traden ze voor de allereerste keer op in Nederland.
door Ton Maas (tekst en foto’s)
Het eerste wat opvalt als de band het podium betreedt, zijn de prachtige outfits met hoofdtooien waarin beide dames zich hebben gehuld. Je zou misschien denken dat het theaterkostuums zijn, zo theatraal oogt het, maar het gaat toch echt om traditionele bruidskleding uit Oekraïne. Speciaal voor de hoesfoto van hun album Meridian 68 stroopte het tweetal wekenlang het Oekraïense platteland af op zoek naar deze traditionele dracht. En sindsdien staan ze ook altijd allebei zo uitgedost op de bühne.
Weinig traditioneel klankbeeld
Al evenmin zou je zeggen dat het merendeel van de nummers die Dagadana ten gehore brengt, traditionele volksliedjes uit Polen en Oekraïne zijn. De instrumenten waarmee die muziek meestal wordt geassocieerd, zijn in geen velden of wegen te bekennen. Pas als bassist en toetseninst Mikolaj Pospieszalski voor een enkel nummer zijn viool ter hand neemt, klinkt er even iets van de traditie door in het overwegend elektronische klankbeeld.
Publieksparticipatie in eerste instantie bedeesd
Ook drummer Bartosz Mikolaj Nazaruk refereert met zijn afwisselend funky, swingende en rockende grooves nergens aan volkse wijsjes. Het zijn vooral de liedteksten en de fraai in elkaar grijpende zanglijnen waarin de traditie doorklinkt. Daga legt ook bij vrijwel elk nummer aan het overwegend Hollandse publiek uit waar het over gaat. De eerste aanmoediging van Dana om een enkele frase in het Oekraïens mee te zingen, resulteert in een wel héél bedeesde respons vanuit de zaal. Dat dit maar weinig zegt over de bereidheid om te participeren, blijkt korte tijd later als Daga tijdens een intro roept dat er best gedanst mag worden. Vrijwel meteen veren er her en der mensen op en rennen er zelfs een paar naar voren om vlak voor de muzikanten wat pasjes te wagen.
Nóg een toegift
Als na ruim een uur het laatste nummer wordt aangekondigd, klinkt er dan ook iets van teleurstelling door in de reacties. Duidelijk is dat de dames en hun trouwe metgezellen hier met één toegift niet weg komen. Na een tweede staande ovatie volgt dan ook nóg een toegift en die wordt net zo lang uitgerekt tot iedereen helemaal aan zijn of haar trekken is gekomen.
www.dagadana.pl