
ARC / Music & Words
Seckou Keita was in een duet met de Welshe harpiste Catrin Finch verantwoordelijk voor Clychau Dibon, een plaat van grote schoonheid uit 2013. Moeilijk om die prestatie op te volgen, maar de koraspeler uit Casamance (Zuid-Senegal) doet het met verve. Solo. Tegenover de powerplay en de soms duizelingwekkende akkoordenreeksen van vermaard geworden collega's als Toumani Diabaté en Ballaké Sissoko doet het spel van Seckou Keita wellicht wat bescheiden aan. Gelukkig maar. Zijn tokkelwerk ademt meer dan dat het naar adem doet happen. En toch maakt het indruk. De titel verwijst naar de extra snaar die Keita heeft toegevoegd aan de dubbelzijdige harpluit die van oorsprong inderdaad met één meer dan de nu gangbare 21 snaren zou zijn uitgerust. Voor de vaardigheid waarmee zijn handen simultaan begeleiding en melodie voortbrengen, maakt dat geen verschil. Als zanger (in enkele nummers) steekt hij wat minder boven het maaiveld uit, maar dat neem je makkelijk voor lief. Nummers als Miki Nathan Mu-Toma en Future Strings In E zijn als balsem voor de onrustige ziel, zoals ook het geval was met dat mooie duo-album van twee jaar geleden. Het succes daarvan hoeft voor Keita geen molensteen te zijn. Met dit album heeft hij zich andermaal bewezen. (Ben Ackermans)
«« terug naar overzicht