
Het duurt even voor je door hebt dat Eric Vaarzon Morel op het hoesje van zijn nieuwe cd tot aan zijn kruis in het water staat. Achteraf realiseer je je natuurlijk dat het ruisende riet achter de peinzend omhoog starende gitarist je blik naar beneden had moeten lokken, ook al had je vanwege je beperkte kennis van de Spaanse taal de titel niet meteen begrepen. Die titel blijft overigens nogal raadselachtig, want de cd bevat weliswaar uitsluitend eigen composities, maar het is allemaal onvervalste flamenco, die eerder verwijst naar zinderende zuidelijke hitte dan naar klappertandende waterkou. Vaarzon Morel, die de afgelopen jaren veel succes had met theaterproducties als El Greco de Toledo en De nieuwe wereld van Don Quichot, kiest dit keer niet voor verrassende collaboraties met musici uit de wereld van jazz en klassiek, maar houdt het qua vorm zo simpel mogelijk. Drie kwartier lang horen we niets anders dan die ene gitaar. Ook als je denkt soms twee melodielijnen door elkaar te ontwaren, zijn het toch echt twee handen die dat alles in één keer tot stand hebben gebracht. Maar verwacht geen opzichtig vertoon van vingervlugheid en virtuositeit. Elke aanraking van vinger aan snaar is dienstbaar aan het Hogere Doel, en dat is uiteraard de muziek. Waar flamenco soms de neiging heeft nogal extravert te zijn, zuigt Eric Vaarzon Morel je hier juist naar binnen toe, zowel in zijn muziek als in je eigen ziel. Muziek om rustig bij te mijmeren. (Ton Maas)
«« terug naar overzicht