Er zijn artiesten die het vermogen hebben om hun publiek schijnbaar achteloos bij de kladden te grijpen. Hoe ze het doen, is vaak niet of nauwelijks te benoemen, maar wie het heeft meegemaakt weet hoe het voelt. Niki Jacobs is zo'n artiest. Ze komt met een zekere achteloosheid op en maakt eerst een ongedwongen praatje - zoals gisteravond in de kleine synagoge van Weesp -, maar zodra ze begint te zingen, hang je aan haar lippen, of je wilt of niet.
Samen met Pieter Jan Cramer van den Bogaart (piano en accordeon) en Emile Visser (cello) presenteerde Jacobs haar nieuwe cd Treyst. Het repertoire is ingetogener dan andere projecten met haar groep Nikitov en de kleine bezetting sluit daar fraai bij aan. De half uitgeklede staande piano zag er weinig veelbelovend uit, maar wie tijdens het concert de ogen sloot, kwam niets te kort.
Zeer effectief bleek de rolverdeling tussen Van den Bogaart en Visser. Terwijl de piano zorgde voor fijnzinnig gedoseerde ondersteuning, mocht de cello tijdens instrumentale passages de zaak flink ontregelen. Zelfs de meest bevallige melodie werd dankzij die rafelranden nooit gladjes.
Zowat de hele cd passeerde in Weesp de revue. Verder mochten we genieten van een reprise van een van Niki's vaste showstoppers, een bewerking van Dolly Partons klassieker Jolene. Triestigheid om van te genieten - zelf maakte Jacobs er nog een grapje over om de zielepijn van Ten laatste ook weer los te kunnen laten.
Van grote schoonheid was het als duet uitgevoerde The Sound of Silence van Paul Simon, als voorproefje van het programma waar Jacobs volgend seizoen mee op tournee gaat. Van den Bogaart en Jacobs wisten niet alleen hun stemmen overtuigend te laten versmelten, hier en daar werden ook verrassende harmonieën toegevoegd, zonder dat het origineel geweld werd aangedaan.