Kriol jazz mag wat spannender Bram Posthumus - dinsdag 15 april, 2014

Zal er ooit een tijd komen dat je een festival kunt overleven zonder één keer de nummers Sodade en Summertime te horen? In Praia, de hoofdstad van Kaapverdië lijkt die kans vrij klein. Kriol Jazz, het jaarlijks muziekfestijn dat van Praia eventjes de muzikale hoofdstad van de wereld maakt, speelde dit jaar op safe.

Dat is wel eens anders geweest. In 2012 stonden de cellist Vincent Segal en koraspeler Ballaké Sissoko geprogrammeerd voor een optreden op het sfeervolle Praça de Camoes, waar Kriol Jazz twee avonden lang neerstrijkt. Een gewaagde combinatie en een gedenkwaardig optreden, versterkt door een spectaculair onweer die de stroom eruit knalde; Segal en Sissoko speelden gewoon door en onder luid gejuich ging een tiental minuten later het licht weer aan. Vorig jaar waren het Jupiter en Carmen Souza en je mag het niet allemaal even mooi vinden wat ze doen, het getuigt van enige durf om ze neer te zetten. Souza speelde een dwarse versie van nog zo’n classic: Song for My Father van de Kaapverdiaanse jazzlegende Horace Silver.

Dit jaar was er eigenlijk alleen iets spannends te beleven tijdens de opening, die plaatsvond in het grote auditorium van het parlementsgebouw. Maya Kamaty uit Réunion zong een eigenzinnig repertoire en deed dat samen met Tcheka, de zanger/gitarist die zichzelf ook niet in een hok laat stoppen. Hun optreden was kort, te kort. Maar spannend. Daarna zocht de festivalboot vertrouwde wateren op. 

Dat werd trouwens goed gedaan: het Cesaria Évora Orchestra ontfermt zich met (onder meer) zangeres Nancy Vieira bekwaam over de erfenis van de overleden grootheid, wiens standbeeld je begroet als je op São Vicente de deur uitloopt van het vliegveld dat naar haar is genoemd. Bonga is altijd en overal Bonga en hij – als één van de weinigen die dat echt kan – gaf Sodade z’n volle donker-droeve lading mee. De Braziliaan Chico César heeft een sterk repertoire en Sara Tavares verraste met een paar nieuwe nummers terwijl haar oudere werk een lekkere portie peper had meegekregen. Fijn zo. Maar verder was het toch wel tamelijk kabbel kabbel allemaal. Ismael Lo is leuk maar Senegal heeft spannender artiesten in huis. Habib Koite heeft een stijl die in twintig jaar geen millimeter is veranderd.

Het jazzgedeelte werd dit jaar verzorgd door Monty Alexander, die ik eindelijk kon vragen hoe dat legendarische Below The Bassline toch was ontstaan. Zonder nadenken, was zijn antwoord, zoals dat vaker gebeurt met onnavolgbaar goede muziek. Fijn optreden en daarna deed Kenny Garret het Praça de Camoes even opveren met wat Coltrane-achtige ontregelingen.

Voor mij weerspiegelde deze editie van Kriol Jazz vooral het groeiend conservatisme van de “world music” crowd. Elders wordt, zoals wij weten, de kont tegen de muzikale krib gegooid. Er gebeurt hiphop in Kaapverdië en ergens op een ander eiland zit iemand ongetwijfeld lekker te klooien met allerlei elektronische beats. Die generatie had ook een podium, maar niet van Kriol Jazz. Ze traden op tijdens de professionele muziekbeurs die aan het festival vooraf ging.

Dwarsliggers, oud en nieuw. Ik hoor ze graag en ook op Kriol Jazz. Anders gezegd, het fraaie initiatief  van José da Silva, de oprichter van het Lusafrica label dat Cesária groot maakte, mag wat avontuurlijker. Tot volgend jaar – dat dan weer wel natuurlijk. En geen Summertime aub. Dank alvast. 


meer blogs
Ton Maas - 17 september, 2023
Ton Maas - 10 augustus, 2023
Ton Maas - 10 juli, 2023
Ton Maas - 20 januari, 2023
Ton Maas - 24 november, 2022
Ton Maas - 28 augustus, 2022
Ton Maas - 3 september, 2022
Ton Maas - 29 augustus, 2022
Ton Maas - 22 augustus, 2022
Ton Maas - 13 augustus, 2022