Rafiki Jazz - Nduggu: Dust2 april, 2021

Konimusic

Dit vijfde album van het multiculturele Engelse wereldmuziekensemble Rafiki Jazz kwam vanwege de coronacrisis grotendeels ‘digitaal’ tot stand. De bandleden uit Zuid-India, Kashmir, Senegal, Pakistan, Egypte en Nigeria hadden allemaal een eigen home studio gebouwd om zichzelf te kunnen opnemen. Dat zou je al luisterend niet vermoeden, want het klinkt alsof alles tegelijkertijd en op één locatie is opgenomen, zij het in verschillende talen (Tamil, Fula, Urdu, Igbo/Pidgin, Koptisch Arabisch, Mandinka, Kasjmiri en Turks). De productie was bij Tony Bowring en Sarah Yaseen in goede handen! Thematisch focust het album op de klimaatverandering. De betekenis van de titel (‘stof’) duidt op de verwoestijning in Noord-Afrika: van de Sahara tot Soedan. De tweede track van het album, Nduggu Bouy (te veel stof), een song van Badou Jobe (lid van Ifang Bondi), handelt over deze nog steeds zeer actuele kwestie. Het nummer wordt gezongen door koraspeler en griot Kadialy Kouyate.
Wat dit album bijzonder maakt, is dat de kora niet alleen te horen is in Afrikaanse songs zoals Bani en het zeer pakkende Ngozi Ucheoma (highlife), maar ook in stukken met een Aziatische achtergrond, zoals de openingstrack Naalaikku Nalla Naal, gezongen door de uit Zuid-India afkomstige musicus Vijay Venkat. Het nummer opent heel fraai met de door Venkat gespeelde bansuri (fluit). De lichte klanken uit de kora zijn ook te horen in Tum na Aaye, een door Sarah Yaseen gezongen gedicht in het Urdu, een taal uit Pakistan. Andere exotische instrumenten die op Nduggu weerklinken zijn de conga en djembé, gespeeld door Sarah Yaseen, en verder steeldrum, ûd, saz, duduk, tabla, santoor, pandeiro en berimbau.
De afwisseling is bijzonder groot. Zo horen we na de highlife van Ngozi Ucheoma in Omkoth Ma’ai Arabisch getinte zang in van de Koptisch-Egyptische zanger en tokkelaar Mina Mikhail Salama. Vervolgens wekt Kadialy Kouyate met Bani een traditioneel lied van de Mandinka tot leven. Na de kora klinkt in het door Sarah Yaseen en Vijay Venkat ingetogen vertolkte Hukus Bukus de sprankelende klank van de santoor, een gehamerd snaarinstrument uit Kashmir. De slottrack, Gesi Baglari, is een nieuwe versie van een Turks lied uit Kayseri, eveneens gezongen door Sarah Yaseen, wier hoge fluwelen stemgeluid in wel zes tracks te horen is. Zo maakt de afwisseling tussen Afrikaanse en Aziatische muziek van Nduggu een hoogstaand wereldmuziekalbum. (Rik van Boeckel)

 




«« terug naar overzicht