cover
hermes
New York City swag, in historisch perspectief donderdag 3 juli, 2014

hermes
“Sometimes the worst situations produce the deepest beauty, and the most profound change.” Zo besluit schrijver Will Hermes (senior critic van Rolling Stone Magazine en momenteel bezig met een Lou Reed biografie) het voorwoord van zijn tour de force Love goes to buildings on fire. Het boek verscheen drie jaar geleden, maar is een must voor iedere muziekliefhebber die de samenhang wil begrijpen tussen rap, salsa, punk, jazz en hedendaagse muziekhelden zoals Glass en Reich.

Het beeld van New York in de jaren zeventig dat Hermes schetst is ronduit apocalyptisch: de stad was bankroet, gemeentelijke diensten werden wegbezuinigd waardoor vuilnis bleef liggen, de metro soms onbegaanbaar was wegens stank, en branden in de slechtste wijken niet eens meer werden bestreden. Drugs waren spotgoedkoop en alomtegenwoordig, inclusief het samenhangende geweld. Bendeoorlogen tussen etniciteiten en wijken bleven endemisch, maar de kogels kwamen ook uit onverwachte hoek. Meerdere malen herinnert Hermes zich in zijn deels autobiografische boek de reëel bestaande psycho-killers, psychisch gestoorden die volmaakt willekeurig mensen neerschoten in de openbare ruimte, en later werden gefictionaliseerd in film en muziek.

Temidden van deze Jeroen Bosch-achtige taferelen tekent Hermes op prachtige wijze hoe artistieke vernieuwing kon plaatsvinden, en wat dit boek vooral zo verfrissend maakt: hoe voorheen in deelgeschiedenissen gegoten genres zoals rap, salsa, jazz en punk juist in New York allerlei diepgaande connecties hadden. Hermes is als schrijver een kundig cameraman: steeds kiest hij de juiste lens, variërend van de gemeentepolitiek van New York in die dagen (de president van het land dreigde meerdere malen de stad failliet te verklaren, wat de lokale autoriteit in een netelige positie bracht) tot en met de eerste illegaal georganiseerde blockparties, waarin inventieve DJ's 'turntablism', breakbeats en rap tot hoog niveau brachten. De passages waarin hij het ontstaan van graffiti schetst zijn adembenemend: je voelt de sensatie als het in een winternacht voor het eerst lukt een complete metrotrein aan twee kanten te bespuiten. Tot in de volgende lente lieten de beheerders dit stel rijden door de stad.

Hermes weet een meeslepende koers te varen tussen intrinsieke muziekgeschiedenis, zoals wanneer hij de artistieke integriteit en enorme inzet van Patti Smith, Bruce Springsteen, Tom Verlaine (Television) en David Byrne (Talking Heads) beschrijft, en de sociaal-economische omstandigheden, zoals de prachtige passages waarin hij invoelbaar maakt hoezeer rap, salsa, jazz en disco een diepe, emancipatoire betekenis hadden voor de zwarte, latino en gay gemeenschappen van de stad. Niets moeilijker te beschrijven dan de danservaring in een club van binnenuit, maar Hermes krijgt het voor elkaar.

In New York hing het allemaal samen, en zo blijken de nihilistische New York Dolls als protopunks vechtend tegen de vermolmde 'middle of the road' rock van die tijd onvermoede overeenkomsten te hebben met de jonge iconoclasten Steve Reich en Philip Glass, die op hun terrein van de gecomponeerde noten dezelfde artistieke vernieuwing nastreven. In dit sprankelende betoog van Hermes zijn het terecht helden van hetzelfde kaliber: de mannen van het salsalabel die voor $280.000 het Yankee Stadium afhuren voor een concert van Fania All Stars, en het duo Philip Glass en Robert Wilson dat voor $150.000 de Metropolitan afhuurt voor Einstein on the beach.* Beide keren vooraf een gigantisch risico en beide keren nadien een eclatant succes, zowel artistiek en commercieel, als emancipatoir.

Bij deze passage moest ik direct denken aan de actuele discussie in Nederland over "festivalisering" en de (on)mogelijkheid voor het realiseren van avontuurlijk, nog niet bewezen muzikaal aanbod.

The following Sunday, during the second [uitverkochte, JT] performance of Einstein on the beach, Glass stood backstage with one of the Met's big machers, looking out at the audience.
“Who are these people?” he asked the composer. “I've never seen them here before.”
“Well, you better find out who they are,” Glass replied, “because if this place expects to be running in twenty-five years, that's your audience out there.”

Will Hermes, Love goes to buildings on fire – five years in New York that changed music forever (New York, Faber & Faber, 2011)

*In zijn memoires (2015) ontkracht Glass overigens deze mythe, "the idea that we rented the Met is absurd. For one thing, we didn't have the money." (pagina 298) Einstein on the beach kwam wél tot stand dankzij de steun van Michel Guy, directeur van het festival van Avignon, en later minister van cultuur in Frankrijk. De programmeurs zagen Einstein on the beach op tournee in Europa en besloten het toen voor één zondag in de New Yorkse Met te boeken. Toen dat snel uitverkocht, kwam er een tweede voorstelling bij.


meer nieuws
Plus de Transglobal World Music Chart Top-40
maandag 1 april, 2024
18-19 mei Park Brakkenstein Nijmegen - 20 mei, 2e Pinksterdag De Lindenberg Nijmegen
vrijdag 29 maart, 2024
Betoverende samenzang in de Amstelkerk
maandag 11 maart, 2024
Soloconcert van Nani Vazana in de Roode Bioscoop
zondag 10 maart, 2024
Plus de Transglobal World Music Chart Top-40
vrijdag 1 maart, 2024
Uitverkochte Cloud Nine zaal op stelten gezet
maandag 19 februari, 2024
In Amsterdam, Utrecht en Den Haag tussen 8 maart en 22 juni 2024
woensdag 14 februari, 2024
Daverend optreden bij De X
maandag 12 februari, 2024
Tref begeleidt balfolk in De Omval
dinsdag 6 februari, 2024
Plus de Transglobal World Music Chart Top-40
donderdag 1 februari, 2024